De tweede helft, “moet je ze niet laten aanbranden,” voegt daar een cruciale boodschap aan toe. Het betekent dat zelfs als je al in de problemen zit, je de situatie niet nog erger moet laten worden door passief te blijven of de verkeerde dingen te doen. Die “gebakken peren” zijn al niet smakelijk, maar aangebrand zijn ze helemaal oneetbaar!
De spreuk is dus een prikkelende aansporing tot actie en verantwoordelijkheid, zelfs (of misschien wel juist) als het tegenzit. Het herinnert je eraan dat je, ondanks de tegenslag, nog steeds een zekere mate van controle hebt over hoe de situatie zich verder ontwikkelt. Je kunt de boel laten escaleren (“aanbranden”) door niets te doen of de verkeerde keuzes te maken, of je kunt proberen de schade te beperken en er het beste van te maken, hoe lastig dat ook is.
Kortom: als je al in de penarie zit, zorg er dan in hemelsnaam voor dat je het niet nog erger maakt door laks te zijn of domme dingen te doen! Er zit een soort van stoïcijnse wijsheid in, vind je niet?
Plök heeft vele fruitige spreuken op tegels geschreven. Lees ze allemaal!
Klik hier